Het beschrijven van munten
In het onderstaande zal ik een
overzicht geven van de regels en conventies voor het beschrijven van antieke
munten. Daarbij zal ik de terminologie bespreken die te vinden is in referentiewerken,
handboeken en catalogi. Tot slot is er nog een tabel met de meest gebruikte
afkortingen toegevoegd. Het een en ander wordt geïllustreerd aan de hand van de
onderstaande munt.
Romeinse munten worden geordend
naar keizer. Die staat op Romeinse munten bijna altijd op de voorzijde van de munt. Het omschrift (of legende)
vertelt wiens portret (hoofd of buste)
op de munt staat afgebeeld. Op de voorbeeldmunt staat te lezen: ANTONINVS PIVS
AVG GERM. De geportretteerde keizer heet dus Antoninus Pius. Nu zijn er een
aantal keizers geweest die deze naam droegen. Het portret is echter
onmiskenbaar dat van de tweede Antoninus Pius, beter bekend onder de naam
Caracalla, de zoon van Septimius Severus, die regeerde van 198 tot 217.
De volgende stap is de kijken
van wat voor denominatie de munt is, en van
welk metaal die gemaakt is. Het materiaal van de voorbeeldmunt is zilver en de
afmeting is circa 18mm. Dat vertelt ons dat we hier te maken hebben met de
bekende Romeinse denarius. Voor de beschrijving wordt ‘zilver’ doorgaans
afgekort tot AR, de eerste twee letters van ‘zilver’ in het Latijn (argentum).
(Brons, koper en messing vallen onder de algemene afkorting AE (van Aes)
en goud wordt afgekort als AV (van aurum). Een legering van zilver en
koper met een laag zilvergehalte wordt ‘biljoen’ genoemd.)
Vervolgens is het bij het
beschrijven van de munt belangrijk goed te kijken naar het portret. Belangrijk
daarbij is ten eerste welke kant de persoon op kijkt en ten tweede wat die op
zijn hoofd draagt. Op de bovenstaande munt draagt Caracalla de lauwerkrans: hij
is gelauwerd. Verder wordt er, met
betrekking tot het portret, doorgaans nog een onderscheid gemaakt tussen een buste of borstbeeld
en een hoofd. Van dat laatste wordt
gesproken als alleen de nek afgebeeld is, en niet de schouders en borstpartij.
Daarna is nog nodig te vermelden
in welke muntplaats de munt geslagen is, en
een zo nauwkeurig mogelijke datering toe te
voegen. Voor deze munt is dat Rome, en de datering is 213 tot 217, omdat
Caracalla in 213 de titel ‘Germanicus’ (GERM in omschrift) kreeg en in 217
stierf. Daartussen moet dus de munt geslagen zijn. De beschrijving van de munt
wordt dus, voorlopig:
Caracalla (198-217), AR
denarius, Rome 213-217
Voorzijde: ANTONINVS PIVS AVG GERM. Gelauwerd hoofd naar rechts
De eerste hint over wat er op de
keerzijde van de munt voorgesteld is, is
vaak te vinden in het omschrift. Die leest voor de voorbeeldmunt: VENVS
VICTRIX. De vrouw is dus te identificeren als de godin Venus, in haar
hoedanigheid van Victrix (‘overwinnares’).
Ook nu is het belangrijk te
kijken naar welke kant zij afgebeeld staat. Dit is iets wat nogal eens tot
misverstanden leidt. Om die te voorkomen is het belangrijk voor ogen te houden
dat in beschrijvingen vermeld wordt hoe de figuur zelf afgebeeld staat en niet de plaats van de figuur in het ontwerp. ‘Staande
naar links’, ‘Staged left’ in Engelse beschrijvingen, betekent dus niet ‘Staande
links op de munt’ maar ‘Staande naar links gewend’ (vergelijk
onderstaande figuur links).
Het is verder nog
vermeldenswaardig dat ‘staande naar links’ betrekking heeft op het lichaam
van de figuur en niet op het hoofd. Het is dus bijvoorbeeld mogelijk dat een
figuur ‘naar rechts gewend staat’, maar dat hij naar links kijkt (zie rechts in
onderstaande figuur). Dit wordt in een omschrijving weergegeven met ‘staande
naar links, hoofd rechts’, of ‘staande frontaal, hoofd links’ et cetera. Een
goede manier om erachter te komen in welke richting het lichaam gewend staat,
is te kijken naar het standbeen. Venus is op de voorbeeldmunt dus voorgesteld
‘staande [met het lichaam] naar links [gewend]’.
Twee
keerzijdes van antoniniani van Aurelianus ter illustratie van het bovenstaande:
Links: ‘Keizer
st.n.l., scepter in l.hand, ontvangt krans van vrouw, st.n.r.’
Rechts: ‘Sol,
staande naar rechts, hoofd links’
Voorts wordt er gekeken wat er nog verder aangemerkt kan worden over de voorstelling van de centrale figuur. Ten eerste heeft Venus, als overwinnares, een aantal militaire objecten: zij leunt op een schild, zij heeft een scepter bij zich en houdt een helm omhoog in haar rechterhand. Aan weerszijden staan ook nog gevangenen afgebeeld. De beschrijving van de munt kan nu als volgt worden uitgebreid:
Caracalla (198-217), AR
denarius, Rome 213-217
Voorzijde: ANTONINVS PIVS AVG GERM. Gelauwerd hoofd naar rechts
Keerzijde: VENVS VICTRIX. Venus, staande naar links, met scepter, helm in rechterhand, leunend op schild, twee gevangenen links en rechts aan haar voeten
Een beschrijving is natuurlijk zo
compleet als de verzamelaar, handelaar of wetenschapper hem maken wil. Naast
het vermelden van de uiterlijke aspecten van de munt, is het soms ook gewenst
technische informatie toe te voegen.
Allereerst kan de munt opgezocht
worden in een naslagwerk, waarna in de beschrijving de referentie aan
dat werk wordt toegevoegd. Voor Romeinse munten is de meest gebruikte
referentie een RIC-nummer, oftewel het
nummer onder welke de munt vermeld staat in de lijvige serie boeken genaamd Roman
Imperial Coinage. Daarnaast kunnen nog andere referenties vermeld worden,
bijvoorbeeld een verwijzing naar de BMC (British Museum Catalogue), naar
Sear (Roman Coins and their Values), naar Cohen (Description
historique des monnaies frappées sous l’empire Romain) of naar een
specialistisch werk (voor deze munt bijvoorbeeld Hill, P.V, The Coinage of Septimius Severus and
his family of the mint of Rome A.D. 193-217). Op grond van die
naslagwerken kan ook vaak een bepaalde zeldzaamheid
gegeven worden.
Voorts kan nog het gewicht van de munt en de afmeting
worden toegevoegd. Voor beide zijn precisie-instrumenten verkrijgbaar. Het
gewicht wordt veelal tot op de honderdste gram nauwkeurig gegeven. Voor de
afmeting wordt de grootst mogelijke diameter genomen.
De beschrijving van de munt met
toevoeging van deze informatie is de volgende:
Caracalla (198-217), AR denarius, Rome 213-217
Voorzijde: ANTONINVS PIVS
AVG GERM. Gelauwerd hoofd naar rechts
Keerzijde: VENVS VICTRIX. Venus, staande naar links, met scepter, helm in rechterhand, leunend op schild, twee gevangenen links en rechts aan haar voeten
RIC 312d, Cohen 613; Hill 1401; Schaars; 3,38 gram; 18 millimeter
Om typwerk te voorkomen, worden
in beschrijvingen veel woorden afgekort. Deze munt zal doorgaans waarschijnlijk
als volgt worden beschreven:
Caracalla (198-217), AR
denarius, Rome 213-217
Vz: ANTONINVS PIVS AVG GERM. Gel. hoofd n.r.
Kz: VENVS VICTRIX. Venus, st.n.l. met scepter, helm in r.hand, leunend op schild, twee gevangenen l. en r. aan voeten
RIC 312d, C 613; Hill 1401; S;
3,38g.; 18mm
Op de voorbeeldmunt hebben we te
maken met een gelauwerd portret. Er zijn echter op Romeinse munten nog veel
meer manieren om de keizer voor te stellen. Hieronder staan nog drie varianten
afgebeeld van het keizersportret.
De eerste munt beeldt de keizer,
Marcus Aurelius, blootshoofds af. De tweede
laat keizer Diocletianus zien met een stralenkroon
en een kuras. De derde laat keizer
Constantius II zien met een diadeem.
Constantius heeft ook een kuras aan, maar op deze munt is daar nog zijn
militaire mantel overheen geslagen. In oudere referentiewerken wordt die mantel
volkomen terecht ‘paludamentum’ genoemd,
maar in de meeste naslagwerken staat ‘gedrapeerd’.
Die laatste term is adequaat, maar wel wat algemeen.
Nog iets over de weergave van de
omschriften. Ten eerste gebeurt die, zoals in het bovenstaande al bleek, altijd
in hoofdletters. Ten tweede wordt het omschrift, dat op munten vaak met
afkortingen en zonder spaties is opgesteld, in beschrijvingen logisch
opgedeeld. Na namen en afkortingen worden dus spaties vermeld, ook al zijn die
op de munt niet terug te vinden. Ten slotte: het omschrift loopt vaak door
boven het portret. Echter, soms wordt het omschrift onderbroken voor de kruin
van de keizer. In sommige beschrijvingen wordt deze breuk
in het omschrift weergegeven door een streepje (-) of een slash (/).
Deze voorzijdes zijn dus te omschrijven als:
IMP AVREL ANTONINVS AVG. Hoofd n.r.
IMP C C VAL DIOCLETIANVS P F AVG. Buste met stralenkroon en kuras n.r.
D N CONSTAN - TIVS PF AVG. Gedr. buste met diadeem en kuras n.r.
Er zijn nog veel meer
bustevarianten (bijvoorbeeld de militaire buste, de consulaire buste en de
heroïsche buste) en nog talloze attributen die afgebeeld worden, vergezeld van
’s keizers portret (bijvoorbeeld de adelaarsscepter, de speer, de mappa en de
globe), hier zijn alleen de meest voorkomende varianten besproken.
Voor de keerzijdes zijn er nog een aantal termen belangrijk te vermelden. Als voorbeeld de onderstaande keerzijde van een follis van Maximinus II, die regeerde van 309-313.
De keerzijde heeft naast de
voorstelling en het omschrift nog een aantal zaken die beschreven moeten
worden. Allereerst de letters ANT. Die letters staan voor de muntplaats
Antiochië in Syrië. In de beschrijving van de munt wordt vermeld dat die
letters in de afsnede van de munt staan.
Daarmee wordt bedoeld ‘buiten het ontwerp van de munt’; onder de streep die
meestal gesneden is onder de voorstelling.
Verder staan er links en rechts
van de figuur (de zonnegod Sol) nog een letter en een symbool. Die staan ‘in het veld’ van de munt, zoals de ‘open plekken’
genoemd worden. Als er een symbool of een letter in het midden van de
voorstelling staat afgebeeld, wordt dat vermeld als ‘in het veld’, bij deze
munt wordt er duidelijkheid geschapen door te vermelden dat de I ‘in het linkerveld’ staat en de ster ‘in het rechterveld’. De beschrijving van de
keerzijde wordt dus als volgt (afgekort):
SOLI IN – VICTO. In l.veld: I. In r.veld: *. In afsnede: ANT. Sol st.n.l., r.hand omhoog geheven, hoofd v. Serapis in l.hand.
In beschrijvingen van munten die te vinden zijn in catalogi van veilingen en handelaren, en op websites, is regelmatig ook een kwaliteitsaanduiding opgenomen. Die varieert van ‘Goed’ (er is nauwelijks meer iets herkenbaar op de munt) tot ‘FDC’ (‘Fleur de coin, zonder enige vorm van slijtage). Antieke munten komen echter bijna nooit voor in die laatste categorie. De tussengelegen kwaliteiten worden ‘Fraai’, ‘Zeer fraai’ en ‘Prachtig’ genoemd.
Het voorkomen (en dus ook de waarde) van een antieke munt hangt echter van veel meer af dan alleen de kwaliteit. Zowel negatieve als positieve factoren horen dus in de kwaliteitsaanduiding te worden opgenomen. Hieronder staan een aantal van die zaken onder elkaar:
Negatief:
Decentrisch/Excentrisch geslagen – De stempel heeft het muntplaatje niet goed geraakt, waardoor de voorstelling niet gecentreerd op het muntplaatje is komen te staan. Hierdoor is een deel van het ontwerp of het omschrift niet meer te zien.
Gereinigd – Elke munt moet natuurlijk gereinigd worden. Echter, soms wordt een munt wat al te enthousiast gereinigd. Zilveren munten krijgen dan een glimmende kleur en bronzen munten zien eruit als koperdraad, omdat de ‘patina’ verwijderd is. Verzamelaars laten al te zeer gereinigde munten vaak links liggen.
Gecorrodeerd – Vooral Koperen en bronzen munten, en in mindere mate zilveren munten, kunnen corroderen. Het oppervlak wordt ruw, en delen van het ontwerp zijn soms niet goed meer te zien.
Kras – Een kras loopt over de munt. Dit kan in de oudheid gebeurd zijn, door een ploeg of door een onoplettende metaaldetectorist.
Zwak geslagen – De stempel heeft het muntplaatje niet met optimale kracht geraakt, waardoor de voorstelling vaag is.
Versleten stempel – De stempel waarmee de munt geslagen is, was aan vervanging toe, waardoor de voorstelling vaag is.
Klein muntplaatje – Het muntplaatje van de munt is zo klein dat een groot deel van het ontwerp niet te zien is.
Positief:
Patina – Bronzen en koperen munten hebben meestal een zogenaamde ‘patina’, als gevolg van een chemische reactie van het metaal met de grond waarin de munt eeuwenlang begraven heeft gelegen. Deze patina’s kunnen in veel verschillende kleuren voorkomen (rood, groen, bruin, blauw et cetera) en kunnen de pracht van de munt, en daarmee de waarde, sterk beïnvloeden.
Getoond/Toning – Zilveren munten kunnen een mooie (diep)grijze kleur krijgen.
Groot muntplaatje – De munt is geslagen op een muntplaatje dat groter is dan normaal, waardoor het hele ontwerp te zien is op de munt.
Ten slotte een tabel met de
meest gebruikte termen in muntbeschrijvingen, met hun afkortingen en de Engelse
equivalenten. Daaronder een aantal afkortingen voor metalen en
kwaliteitsinformatie.
Afsnede Exergue Ex.
Blootshoofds Bare
headed
Breuk in
omschrift Legend
break
Met
diadeem Diademed Diad.
Met
kuras Cuirassed Cuir.
Gedrapeerd Gedr. Draped Dr. (Duitstalige omschrijvingen gebruiken soms ‘Paludament’
in plaats van ‘gedrapeerd’.
Gelauwerd Gel. Laureate Laur.
Keerzijde Kz. Reverse Rev.
Omschrift Legend
Veld Field
Voorzijde Vz. Obverse Obv.
Staande
naar links St.n.l. Staged left Stg.l. (Heeft betrekking op het lichaam van de figuur. Bij
twijfel, let op het standbeen)
Staande
naar rechts St.n.r. Staged right Stg.r. (Heeft betrekking op het lichaam van de figuur. Bij
twijfel, let op het standbeen)
Staande
frontaal St. fr. Staged facing
Schaars S Scarce S
Met
stralenkroon Radiate Rad.
Zeldzaam R Rare R
Zittend naar links Seated
left Std.l.
Zittend
naar rechts Seated
right Std.r.
Zilver AR
Koper,
brons, messing AE
Goud AV
Biljoen Bilj.
Goed G
Zeer
goed ZG
Fraai Fr
Zeer
fraai Zfr
Prachtig Pr
Decentrisch
geslagen Dec.
Gereinigd Ger.
Gecorrodeerd Corr.